Paragraaf 7 Leerpunten bij de hoofdstuk

Paragraaf 7 Belangrijke leerpunten uit dit hoofdstuk

Waarden zijn standpunten van mensen over wat uiteindelijk belangrijk en nastrevenswaardig is.

Waarden hebben vier kenmerken; het zijn beginselen; ze zijn collectief: je drukt ze uit in één woord; ze bevatten ee bepaald doel.
Normen zijn bepaalde verwachtingen over het gedrag van mensen. Ze hangen direct samen met de waarden die aangehangen worden en zijn ook maatstaf om gedrag te beoordelen.
Het geheel van waarden en normen noemen we moraal.
Belangrijke Westerse waarden zijn: vrijheid, gelijkheid, naastenliefde, verantwoordelijkheid, solidariteit, respect n tolerantie.
Vrijheid is een situatie waarbij een mens zelf kan beslissen hoe hij zijn leven inricht en daar ook vorm aan geeft. Vrijheid betekent dat dwang zoveel mogelijk afwezig is.
We onderscheiden negatieve en positieve vrijheid.
Verantwoordelijkheid betekent rekening houden met anderen bij de uitoefening van je recht op vrijheid.
Het woord ‘gelijkheid’ wordt soms als feit gebruikt en soms als (morele) norm.
Gelijkwaardigheid: mensen verschillen op een aantal punten, maar elk menselijk leven is van even grote waarde en daar komt bij dat de samenleving zo ingericht dient te zijn dat de mensen gelijke rechten en mogelijkheden moeten hebben om zich te ontplooien.
Naastenliefde is oog hebben voor je medemens en voor zijn of haar welzijn, en daar ook naar handelen.
Rechtvaardigheid heeft betrekking op het ieder geven wat hem of haar toekomt.
Solidariteit houdt in dat een mens in bepaalde situaties opkomt voor zijn medemens (vaak in kwetsbare situaties) en dat dat soms ten koste kan gaan van het eigen belang.
Etiquette betreft beleefdheidsregels, omgangsvormen en wellevendheid.
Etiquetteregels verschillen per (sub) cultuur en zijn aan verandering onderhevig.
Cultuur is:

-       het bewerken van het land;

-       hogere beschaving;

-       het door een groep mensen aangehangen systeem van waarden, normen en overtuigingen dat ook een aantal uitingsvormen heeft zoals gedrag, rituelen, symbolen, instituties, etc.

Andere kenmerken van cultuur:

-       een collectief verschijnsel;

-       wordt aangeleerd in een proces van opvoeding en socialisatie;

-       geeft houvast aan de leden van de groep;

-       mogelijkheid tot identificatie.

Opvattingen over de kwestie of mensen met een andere culturele achtergrond zich moeten aanpassen aan de Nederlandse cultuur en hoe ver die aanpassing moet gaan:

-       assimilatie;

-       integratie;

-       multiculturalisme.

Mensen uit een dominante cultuur nemen ten opzichte van mensen uit een minderheidcultuur verschillende houdingen aan, eventueel in gecombineerde vorm:

-       nieuwsgierigheid;

-       etnocentrisme;

-       polycentrisme;

-       xenofilie.