Paragraaf 6 Leerpunten bij dit hoofdstuk

Leerpunten bij hoofdstuk 6

1.     Een definitie van seksualiteit: gevoelens, ervaringen en handelingen die te maken hebben met het gegeven dat mannen en vrouwen geslachtelijke wezens zijn.

2.     Bij erotiek gaat het om gevoelens die samenhangen met zaken die spelen rond de geslachtsgemeenschap en het opbouwen van een sterk verlangen naar geslachtsgemeenschap.

3.     We onderscheiden heteroseksualiteit (gerichtheid op het andere geslacht), homoseksualiteit (gericht op hetzelfde geslacht) en biseksualiteit (seksuele gerichtheid op beide geslachten).

4.     Aspecten van seksualiteit: lichamelijk, emotioneel, relationeel, sociaal en levensbeschouwelijk

5.     Seksueel contact hoort gebaseerd te zijn op de vrije wilskeuze van de betrokken partners en op wederzijds respect.

6.     De puberteit begint bij meisjes eerder dan bij jongens. Tijdens de puberteit treden er belangrijke lichamelijke veranderingen op bij jongens en meisjes. In de puberteitsfase raakt een jongere in staat om nageslacht voort te brengen.

7.     Meisjes en jongens beseffen tijdens de puberteit dat ze lichamelijk veranderen en volwassen worden. De eerste seksuele ervaringen hebben vaak het karakter van experimenteren met het (veranderde) lichaam. Tijdens de puberteit vindt een belangrijk deel van de persoonlijkheidsvorming van de mens plaats.

(Verdiepingsstof) In de Griekse Oudheid had seksualiteit plaats binnen het huwelijk maar kwam ook veel voor buiten het huwelijk. De seksuele behoeften van mannen stonden centraal.
(Verdiepingsstof) Binnen het Romeinse huwelijk had de seksualiteit als belangrijkste functie het krijgen van kinderen. Daarnaast was er het concubinaat: de buitenechtelijke samenleving van man en vrouw. Wat betreft de seksualiteit hadden mannen en vrouwen duidelijk onderscheiden rollen.
(Verdiepingsstof) In de vroegchristelijke samenleving was seksualiteit vooral voorbehouden aan het huwelijk tussen man en vrouw, met een rechtvaardiging vanuit de Bijbel. Twee belangrijke waarden zijn seksuele zuiverheid en ascese.
(Verdiepingsstof) Augustinus erkende dat seksualiteit bij de schepping hoort maar lust niet. Het geslachtsleven kon allen gerechtvaardigd worden door het motief van het scheppen van nieuw leven of door de echtelijke plichtsvervulling. Voor hem was een relatie op de eerste plaats een geestelijke relatie.
(Verdiepingsstof) In de middeleeuwen was seksualiteit vanzelfsprekend en had in belangrijke mate een ‘openbaar’ karakter.
(Verdiepingsstof) In de moderne tijd is seksualiteit iets dat zich meer en meer afspeelt in de privésfeer. Er ontwikkelt zich een seksuele beheersingsmoraal: allerlei waarden en normen met als doel de seksualiteit te reguleren en in goede banen te leiden.
(Verdiepingsstof) Tijdens de seksuele revolutie worden huwelijk en seksualiteit ontkoppeld. Er komt meer waardering voor andere functies van seksualiteit, zoals lust, genot, liefde, ontplooiing en liefde. Het huwelijk verliest haar absolute karakter en homoseksualiteit wordt meer geaccepteerd.
Bij seksualiteit kunnen allerlei levensvragen gesteld worden.

16.  Een zo’n levensvraag is: eerst liefde en dan pas seks?

17.  Voor het hedonisme is seksualiteit vooral genieten.

18.  Voor de islam hoort seks vooral bij het huwe­lijk.

(Verdiepingsstof) Seksualiteit wordt binnen de islam gezien als een mogelijkheid tot genot maar ook als een gevaar. Ook de seksuele behoeften van de vrouw dienen bevredigd te worden. Daarbij speelt het huwelijk een centrale rol. In sommige islamitische culturen leidt de angst voor een te vrije omgang met seksualiteit tot het totaal afschermen van vrouwen van mannen.

20.  Voor het christendom hoort seks bij liefde en (de officiële opvatting) bij het huwelijk.

21.  (Verdiepingsstof) Godsdienstige argumenten voor koppeling seks en liefde: in de Bijbel geeft Paulus aan dat het lichaam een tempel van de geest is. Liefde (geest) en seks (lichaam) zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden.

22.  (Verdiepingsstof) Ethische argumenten voor de koppeling van liefde en seksualiteit:

a.     Je kunt een kind niet aandoen dat het opgroeit met ouders die niet van elkaar houden.

b.     Het gevaar van gewenning aan seks zonder liefde.

c.     Bij een van de partijen kan vrijen zonder liefde leiden tot teleurstelling en vermindering van het vertrouwen in mensen.