Paragraaf 6 Leerpunten bij dit hoofdstuk
1. De mens is een knooppunt van relaties
2. We maken een onderscheid tussen vrijwillige en onvrijwillige relaties.
3. Vriendschap is een duurzame verhouding tussen twee of meer mensen waarbij kenmerken als vrijwilligheid, genegenheid, vertrouwen en solidariteit belangrijk zijn. Bij vriendschap is er geen sprake van een seksuele relatie.
4. Vrienden vinden elkaar aardig en hebben een vergelijkbare levensinstelling.
5. Een kennis is een relatie waar je niet bewust voor kiest maar die je wel in bepaalde verbanden tegenkomt.
6. Vriendschappen komen heel goed tot hun recht in vriendenparen: in ‘twee-eenheden’.
7. Er zijn vriendschappen van korte duur; daarnaast kan vriendschap ook jaren duren, soms wel een heel leven lang.
8. Om aan vrienden te komen, dan wel vrienden te behouden, moet je verschillende activiteiten ondernemen.
9. Vrienden kun je kwijtraken doordat je uit elkaar groeit.
10. Foute vrienden:
• de profiteur
• de roddelaar
• de crimineel
• de na-aper
(par. 3 verdiepingsstof)
11. Het Griekse woord voor ‘vriend’ is philos en dat is afgeleid van philein dat ‘houden van’ betekent.
12. ‘Houden van’ heeft drie kenmerken: wederkerigheid, welwillendheid en transparantie.
13. Drie motieven bij vriendschap: het aangename, het nuttige en het goede.
14. Volgens Aristoteles is vriendschap omwille van het goede - dus omdat die andere persoon een deugdzaam mens is - de hoogste vorm van vriendschap.
15. De Zen-filosofie benadrukt dat vriendschap met je zelf (zelfaanvaarding) de basis is voor alle vriendschappen.
16. Het boeddhisme geeft aan dat de mens gelukkig kan worden door zich te onthechten. Mensen worden verlost van hun lijden door niet langer te begeren. Het uiteindelijke levensdoel van de Boeddhist is het bereiken van nirwana: een toestand van volledige rust en leegte, een situatie van volkomen innerlijke vrede.
17. Ascese is een sobere levenswijze waarbij mensen niet steeds bezig zijn met het verlangen en begeren van allerlei zaken. Dit kan getraind worden middels meditatieve technieken.
18. Verliefdheid is:
- een bepaald gevoel.
- gericht op één persoon.
- een hevig verlangen naar die ander.
- een gevoel dat enkele uren, dagen of maanden en soms wel een jaar kan duren.
- je idealen projecteren op degene op wie hij verliefd is.
- is een gevoel dat iedereen (vanaf de pubertijd) kan overkomen.
- iets dat kan overgaan in liefde.
19. Liefde is:
- een gevoel (genegenheid) maar ook een verstandelijke keuze.
- bewust kiezen voor die ander.
- rekening houden met die ander en elkaar proberen gelukkig te maken.
- seksuele gevoelens en seksueel contact, waarbij intimiteit, vrijheid en trouw voor heel veel mensen belangrijke waarden zijn.
2. We maken een onderscheid tussen vrijwillige en onvrijwillige relaties.
3. Vriendschap is een duurzame verhouding tussen twee of meer mensen waarbij kenmerken als vrijwilligheid, genegenheid, vertrouwen en solidariteit belangrijk zijn. Bij vriendschap is er geen sprake van een seksuele relatie.
4. Vrienden vinden elkaar aardig en hebben een vergelijkbare levensinstelling.
5. Een kennis is een relatie waar je niet bewust voor kiest maar die je wel in bepaalde verbanden tegenkomt.
6. Vriendschappen komen heel goed tot hun recht in vriendenparen: in ‘twee-eenheden’.
7. Er zijn vriendschappen van korte duur; daarnaast kan vriendschap ook jaren duren, soms wel een heel leven lang.
8. Om aan vrienden te komen, dan wel vrienden te behouden, moet je verschillende activiteiten ondernemen.
9. Vrienden kun je kwijtraken doordat je uit elkaar groeit.
10. Foute vrienden:
• de profiteur
• de roddelaar
• de crimineel
• de na-aper
(par. 3 verdiepingsstof)
11. Het Griekse woord voor ‘vriend’ is philos en dat is afgeleid van philein dat ‘houden van’ betekent.
12. ‘Houden van’ heeft drie kenmerken: wederkerigheid, welwillendheid en transparantie.
13. Drie motieven bij vriendschap: het aangename, het nuttige en het goede.
14. Volgens Aristoteles is vriendschap omwille van het goede - dus omdat die andere persoon een deugdzaam mens is - de hoogste vorm van vriendschap.
15. De Zen-filosofie benadrukt dat vriendschap met je zelf (zelfaanvaarding) de basis is voor alle vriendschappen.
16. Het boeddhisme geeft aan dat de mens gelukkig kan worden door zich te onthechten. Mensen worden verlost van hun lijden door niet langer te begeren. Het uiteindelijke levensdoel van de Boeddhist is het bereiken van nirwana: een toestand van volledige rust en leegte, een situatie van volkomen innerlijke vrede.
17. Ascese is een sobere levenswijze waarbij mensen niet steeds bezig zijn met het verlangen en begeren van allerlei zaken. Dit kan getraind worden middels meditatieve technieken.
18. Verliefdheid is:
- een bepaald gevoel.
- gericht op één persoon.
- een hevig verlangen naar die ander.
- een gevoel dat enkele uren, dagen of maanden en soms wel een jaar kan duren.
- je idealen projecteren op degene op wie hij verliefd is.
- is een gevoel dat iedereen (vanaf de pubertijd) kan overkomen.
- iets dat kan overgaan in liefde.
19. Liefde is:
- een gevoel (genegenheid) maar ook een verstandelijke keuze.
- bewust kiezen voor die ander.
- rekening houden met die ander en elkaar proberen gelukkig te maken.
- seksuele gevoelens en seksueel contact, waarbij intimiteit, vrijheid en trouw voor heel veel mensen belangrijke waarden zijn.